Zaterdag rond 14.30 uur kreeg ik een berichtje van Johan Smits of ik bij de wedstrijd aanwezig was. Mijn eerste reactie was "ben jij al klaar dan?" Maar het bleek dat Johan ziek thuis zat en een vervanger zocht. Een vervanger om een verslag te schrijven, wel te verstaan...

Voor de wedstrijd zelf werd Johan vervangen door Erik Brunsman, die doorgeschoven werd vanuit het tweede team.

Anyway, ik sprong snel op de fiets, trotseerde de koude bui die besloten had op een droge dag net te gaan regenen op het moment dat ik fietste, fietste door rood tot ergernis van automobilisten die blijkbaar geen begrip hadden voor de opdracht die ik van Johan had gekregen, en kwam rond 15.00 uur de speelzaal binnen...

Op dat moment was Kees al klaar. Hij moest berusten in remise tegen Toine Brouwers. Peter van Heun was als tweede klaar. Hij zou blij zijn geweest met remise, maar er was iets gruwelijk mis gegaan in zijn partij. Het team moest dus een achterstand wegwerken in een wedstrijd die gewonnen moest worden om degradatie af te wenden. Waar moesten die 2 winstpartijen dan vandaan komen?

Johan Wiering had de beste papieren daarvoor en Johan Capelle stond ook goed. Misschien dat Krijn nog iets zou weten te bereiken, maar de overige stellingen zaten allemaal binnen de remisemarge.

Johan Bastiaannet was als derde klaar. Hij gaf remise tegen Martijn de Leeuw. Kort daarna berustte Johan Capelle ook in een puntendeling. Tegenstander Jimmy Depaepe hoopte Johan nog even door de klok te jagen omdat Johan die vergeten was in te drukken, maar gelukkig was Johan net op tijd bij de les. Jammer genoeg was de betere stelling niet genoeg voor de winst. Tussenstand: 3-5

Invaller Erik was aan bord 5 als vijfde klaar. Hij had een prettige stand tegen Jasper Daems, maar durfde niet vol voor de winst te gaan met de gedachte dat je ook wel eens de deksel op je neus kan krijgen in zo’n geval. Zo werd er dus weer een remise aangetekend, snel gevolgd door Paul Oudhoorns puntendeling. Diens tegenstander, Yves Vandenberg, had dermate veel respect voor Paul dat hij direct aan het afruilen sloeg. Het kleine voordeeltje dat dit Paul opleverde was te klein voor winst en daarom werden de punten gedeeld, hetgeen de nieuwe tussenstand van 5-7 opleverde.

Met nog 4 partijen aan de gang moesten er nog 2 winstpartijen uit de hoge hoed getoverd worden. Dit veranderde snel in nog 3 partijen die alle drie gewonnen moesten worden. Rob Geurtsen moest namelijk opgeven tegen Hein De Cokere  en op die winst van De Cokere viel weinig af te dingen.

Rob’s buurman, Herman Spanjer, had ondertussen in een dammeneindspel een schijf meer en zat al een tijdje te rekenen of er stiekem toch meer dan remise uit te halen viel. Dat bleek niet het geval en dus volgde hier ook een puntendeling met een 6-10 tussenstand als gevolg.

Meer dan een gelijkspel zat er dus niet in en daarvoor zouden beide laatste partijen gewonnen moeten worden. Johan Wiering gaf het goede voorbeeld en bekroonde goed spel met een verdiende overwinning. Tegenstander Mehmet Yöney werd gestaag achteruit gedrukt tot hem niets restte dan opgeven. Dit deed hij met een schuin oog naar het naastgelegen bord waar Krijn tegen Koos van Amerongen naarstig op zoek was naar een variant waarin hij zijn tegenstander nog kon verlokken een verkeerde zet te doen. Zijn tegenstander hield het hoofd echter koel en Krijn berustte in het delen van de punten, waarmee de eindstand op 9-11 uit kwam.

Rechtstreekse degradatie kan nog afgewend worden als over 2 weken gewonnen wordt bij Gouda. Met kanonnen als Martijn van IJzendoorn en Erno Prosman in de gelederen is dat makkelijker gezegd dan gedaan.